foto: Kyra van Hamburg, photovoice tentoonstelling 'Onderweg'

In mijn onderzoek naar de doorwerking van kunst en cultuur staat de affectieve waarde van een ervaring centraal. Daarom ga ik altijd op zoek naar methoden die die affectieve waarde kunnen vangen. 

Op basis van een verandertheorie (zie impact management), starten we met vragen als: bij wie verwacht je impact te zien? Bij makers zelf, bij bezoekers, bij deelnemers, in het onderwijs? Welke relatie je hebt met deze doelgroepen: eenmalig of intensief, online of offline? Verwacht je ook verandering binnen je eigen organisatie te zien? In veel gevallen is het belangrijk oog te houden voor zowel het proces van maken of samenwerkingen als ook het eindproduct. Aan de hand van vragen en overwegingen zoals deze, pas ik in mijn onderzoek verschillende methoden toe. 

De basis: interviews en vragenlijsten

Interviewen hoort erbij, omdat het inzichten biedt waar je verder op kunt bouwen of verhalen van kunt maken. Wist je dat interviewen ook peer-to-peer kan, zonder dat je er als onderzoeker bij bent! Een interview is voor mij geslaagd wanneer de geinterviewde zelf ook nieuwe inzichten heeft opgedaan.

Vragenlijsten komen ook in veel van mijn opdrachten terug. Zeker wanneer je iets wilt zeggen over grotere groepen en een eerste beeld wilt krijgen van ervaringen of attitudes. Ik houd ervan begrippen te operationaliseren en om te zetten in vragenlijst-vragen.

Participatieve onderzoeksmethode: Photovoice

Photovoice is een participatieve onderzoeksmethode waarbij je gebruik maakt van beeld, collectieve reflectie en kritische dialoogvoering. De methode biedt bovendien de mogelijkheid om de complexiteit van ervaringen aan het licht te brengen. De analyse doe je samen met deelnemers waardoor de nadruk ligt op het perspectief van de deelnemers, in plaats van de visie van de onderzoeker. Al deze aspecten maken dat het proces versterkend werkt voor je doelgroep. Ik ben hierin opgeleid door Picture Bridge Foundation.

De vloer op

Om meer inzicht te krijgen in de impact van een maakproces of samenwerking, impact op makers of teamleden zelf, maar ook voor observaties van anderen, is het goed om de vloer op te gaan: wat zien, horen en ervaren museumdocenten, de cameraman of leerkrachten? Het bijhouden van een dag- of logboek kan bijvoorbeeld een manier zijn om deze inzichten mee te nemen.

Ongewone data op gewone plekken

Vaak hebben organisaties of projecten al meer informatie over (potentiele) impact dan ze zelf denken en is de stap naar systematische dataverzameling dichter bij dan verwacht. Denk bijvoorbeeld aan nagesprekken of bijeenkomsten die organisch ontstaan. Ik denk graag met je mee waar jouw impact te ontdekken is!